dinsdag 23 december 2014

Buitenplaats in een natuurlijke omgeving

In november heb ik op het prachtige terrein van Isis Sofia te Dalfsen in Overijssel een sjamanistische workshop gevolgd van Little Grandmother (Kiesha Crowther). We werden ontvangen in een gebouw van circa 20 bij 8 meter met daarin alle faciliteiten voor groepen. Zowel binnen als buiten werden allerlei ceremonies uitgevoerd waaronder een waterceremonie in het ven en een vuurceremonie onder de sterrenhemel. Tijdens deze laatste ceremonie hoorde je de uilen om je heen roepen.
Op het terrein staat ook een grote woning waar twee wooneenheden gekoppeld zijn. Met name door de monumentale woning en de landschappelijke tuin straalt het geheel de sfeer uit van een buitenplaats in een natuurlijke omgeving.


Natuurtuin
Het complete terrein van circa 4 hectaren ligt in de invloedssfeer van de Vecht. De voormalige maïsakker, waarop het geheel is gerealiseerd, is op vakkundige wijze omgetoverd en zodanig geprofileerd dat er glooiingen zijn aangebracht als ware het de stroomgeulen van de rivier. Ondanks dat het terrein pas relatief kort geleden (2001) is aangelegd heeft het nu al een waardige uitstraling. Door de hoogteverschillen en de variatie in droog en nat  is een zeer gevarieerde vegetatie ontstaan. Daarnaast komen op het terrein veel verschillende en bijzondere mossen voor.
Centraal op het terrein is een plas gegraven die de uitstraling heeft van een ven. De vrijgekomen grond is op een natuurlijke wijze in het terrein verwerkt en beplant met opgaande inheemse beplanting. Inheemse beplanting is de beplanting die van nature in een bepaald gebied voorkomt.
Gemaaide graspaden zorgen voor een natuurlijke ontsluiting van het terrein. Op een logische manier is het mogelijk alle bijzondere plekken op het terrein te bereiken en te genieten van het natuurschoon.


Inpassing bebouwing
De monumentale woning staat op een hoger deel van het terrein. De bijgebouwen zoals de werkschuur/garage en het gebouw voor groepen staan hier duidelijk los van. Alle gebouwen zijn bereikbaar vanaf de oude zandweg met opgaande boombeplantingen, de Keizersteeg. Door de ontsluiting vanaf de Keizersteeg zijn de gebouwen juist op een logische wijze gerangschikt.
Doordat het woongedeelte los staat van het gebouw waar groepen ontvangen worden, is er zowel voor de bewoners als voor de groepen privacy ontstaan. Op een informele manier is de scheiding tussen beide functies op het terrein uitgewerkt. Ondanks dat er twee aparte toegangen tot het terrein zijn, is zowel het parkeren voor bezoekers als voor de bewoners nabij dezelfde werkschuur/garage gerealiseerd.


Isis Sofia is een goed voorbeeld van een nieuwe buitenplaats in een bestaande en waardevolle omgeving. Door de inrichting van het terrein en het gebruik door groepen is het een mooie aanvulling voor de omgeving. 


maandag 8 december 2014

Bed & Breakfast in oude boerderij te Ruitenveen

Tijdens een bezoek aan Salland (Overijssel) heb ik, in het najaar van 2014, overnacht in een oude boerderij in Ruitenveen. Op het erf is, in een van de voormalige bedrijfsgebouwen, een gezellig verblijf gemaakt met een keuken/eetkamer en twee aparte slaapkamers met douche. Toen ik ‘s morgens vroeg op was heb ik een wandeling over het erf en de omgeving gemaakt en was onder de indruk van de geslaagde inrichting van het geheel.

Cultuurhistorie
De ontginning van het moerasgebied van Ruitenveen begint in de 17e eeuw. Omstreeks 1635 is er op plaats van het huidige Westeinde een afwateringskanaal gegraven dat uitmondde op de Vecht.  Vanaf deze eerste bewoningsas volgen de weilanden, de akkerlanden en de woeste gronden elkaar op.  De perceelranden werden ingepland met elzen en essen. De woeste gronden werden in hoofdzaak begraast door schapen en er kwamen in die tijd veel schaapskooien voor.
In de periode daarna wordt het landbouwgebied voortdurend uitgebreid.  Er ontstaan smalle kavels en diepe landen. Door de bevolkingsgroei en de ontginning komt er achter het huidige Westeinde een tweede woonas te liggen.
Het zogenoemde achterpad (nu Ruitenveen) kent een vrij grillig verloop. Door met name de verkaveling in de vijftiger jaren van de vorige eeuw is er achter de ontginningsas van het Westeinde en het Ruitenveen een landbouwgebied ontstaan met een overwegend open en grootschalige structuur.  In het kader van de laatste ruilverkaveling Nieuwleusen-Ruitenveen werden diverse maatregelen getroffen om de duurzame landbouw optimale productieomstandigheden te bieden.
Daarnaast wordt er naar gestreefd om het historisch landschap van o.a. het Ruitenveen door aanleg van bosjes en erf- en perceelbeplanting weer in de oude staat terug te brengen.

Bebouwing
In het Ruitenveen staat voornamelijk lintbebouwing met hoofdzakelijk boerderijen in een dubbele ontginningsas. De bebouwing staat grotendeels met de voorzijde gericht op de weg Westeinde, waarbij rekening is gehouden met de structuur van de smalle langwerpige kavels. Doordat de boerderij nu vanaf Ruitenveen wordt benaderd kom je via het erf bij de woonboerderij terwijl oorspronkelijk eerst de boerderij werd benaderd.
De meest voorkomende boerderij in het Ruitenveen is van het type Hallehuis. Deze boerderijen hebben lage goten en zadeldaken met aan beide zijden wolfseinden.



Erf en tuin
Door het behoud van de oorspronkelijke stallen en de gebakken materialen als verharding is de sfeer van een boerderenerf goed bewaard gebleven. Aan de voorzijde van het huis is het terrein in gebruik als siertuin. Met beukenhagen, die als basis voor de meeste hagen op het erf dient, is een duidelijk kader gemaakt. Met buxus is een verdere indeling van de tuin gemaakt. De vrouw des huizes vertelde me dat zij vroeger een veel uitbundiger bloemenassortiment in de buxusperken had staan maar dat dit niet meer te onderhouden viel. Mijn idee is dat de tuin nu een veel logischer beeld geeft van een boerderijtuin met boerenheesters die eenvoudig te onderhouden zijn.
Naast de siertuin is een kleine en overzichtelijke moestuin gemaakt die duidelijk van de rest van de tuin is afgescheiden. Ook hiervoor zijn beukenhagen gebruikt. Het voordeel van het afscheiden van de moestuin is dat de tuin in de winterperiode, wanneer er weinig gewassen groeien, niet in het zicht is. Ook wanneer er een periode geen tijd is voor onderhoud haalt het onverzorgde beeld van de moestuin niet de gehele tuin naar beneden.
 

De boerderij van B&B Route 19 in Ruitenveen is een mooi voorbeeld van een boerderij die een andere bestemming heeft gekregen maar waarvan de geschiedenis nog is af te lezen.


www.plancompagnons.nl

vrijdag 14 november 2014

Herenboerderij op Landgoed Zoudtland

Op 24 oktober 2014 heb ik een bezoek gebracht aan landgoed Zoudtland. In 1987 ben ik betrokken geweest bij het ontwerp van een masterplan voor dit landgoed. Als onderdeel van het masterplan is een arboretum ontworpen en aangelegd. Een arboretum is een verzameling van bomen. In de situatie van Zoudtland zijn de bomen gerangschikt volgens geografische herkomst. Zo zijn er bomen gegroepeerd uit de werelddelen Europa, het noordelijk deel van Afrika, Zuidoost Azië en Noord Amerika. Nu, na 27 jaar, ziet het geheel er als een volwassen arboretum uit.

Herenboerderij
Centraal op Landgoed Zoudtland staat een herenboerderij uit 1733. De lanen op het landgoed zijn dan ook gericht op dit landhuis met de erbij horende Vlaamse schuur. In de directe omgeving van het landhuis zijn verschillende tuinen en terrassen gesitueerd. In de jaren vóór de 2e wereldoorlog is een grote zwemvijver aangelegd. De tuinen gaan over in een park en bosgebied afgewisseld met weilanden en populierenakkers.
Op het landgoed in de herenboerderij hebben verschillende heren van stand gewoond. Het landgoed werd gebruikt als prettige locatie om te wonen. Daarnaast bood het landgoed ook opbrengsten voor eigen gebruik. Moestuin, boomgaard en houtopstanden zijn altijd onderdeel van het landgoed geweest.
Historie Landgoed Zoudtland
De huidige herenboerderij dateert uit de tweede helft van de 17de eeuw. In die periode kwam het in handen van Peter van Soutelande, schout van Turnhout, aan wie het landgoed zijn naam dankt. Begin 19de eeuw kwam het in handen van de familie Trip die zich, na verheven te zijn in de adelstand, Trip van Zoudtland is gaan noemen. Deze familie heeft het landgoed uitgebreid en verfraaid.
In de periode dat Zoudtland eigendom was van de Hervormde Gemeente Princenhage (1906-1963)  , waren er plannen om, langs beide zijden van de toegangslaan, villa’s te bouwen. De toenmalige huurder,  van der Schrieck, heeft deze plannen in 1937 definitief kunnen verijdelen. Door tuinarchitect T.H. Koning is in 1938 een tuinontwerp voor het deel bij het huis gemaakt.
In 1963 kwam het landgoed weer in particuliere handen. Mr. C. Overwater heeft in 1986 het idee opgepakt om de toen ruimschoots aanwezige populierenakkers op het landgoed om te vormen tot een arboretum (=bomenverzameling), weilanden en gemengd bos. Hiervoor is het eerder genoemde masterplan voor het landgoed en een detaillering van het arboretum gemaakt. Het arboretum is in 1987 aangelegd.
In 1995 is het landgoed eigendom geworden van de huidige eigenaars de familie Hof-Sanders.


Landgoed of buitenplaats
Soms wordt Landgoed Zoudtland weleens buitenplaats genoemd en daar is ook wat voor te zeggen. De begrippen buitenplaats en landgoed worden nogal eens met elkaar verwisseld.                                                           Een buitenplaats is een monumentaal huis, met bijgebouwen en een tuin of park. Ze zijn vaak in de 17e en 18e eeuw ontwikkelt door rijke burgers uit steden die ’s zomers op het platteland wilden wonen. Minder vermogende burgers huurden de herenkamer op een grote boerderij of maakten een herenboerderij in plaats van een monumentaal woonhuis.





Een landgoed is een landschappelijk samenhangend geheel bestaande uit bos natuur, tuin en park dat als een bedrijf wordt beheerd. Er behoren vaak verschillende boerderijen tot een landgoed.  Het misverstand van buitenplaats versus landgoed is ontstaan doordat veel buitenplaatsen zijn ontstaan op oudere landgoederen. 

donderdag 16 oktober 2014

Oplossen van leegstand van boerderijen en krimp in het buitengebied

In Nederland zijn er verschillende gebieden die te maken hebben met krimp. Daarnaast is in heel Nederland een groeiend probleem aanwezig in verband met de leegstand van scholen, kerken, winkels, bedrijven en boerderijen. In verschillende delen van het land ontstaan er initiatieven om beide problemen tegen te gaan.
Leegstand en krimp
De Achterhoek in Gelderland is een gebied waar deze problemen duidelijk voorkomen. Hans Suurmond, krimpcoördinator in de Achterhoek, en Ted Kok, voorzitter van de wethouders ruimtelijke ordening en bestuurslid van Achterhoek 2020 zeggen dat de leegstand van woningen blijkt mee te vallen. Wat niet meevalt is de leegstand van niet-woningen. Bekend is dat er om allerlei redenen steeds meer winkels, scholen, kerken, kantoren en boerderijen leeg komen te staan. Vroeger werden dit soort panden omgebouwd tot woonbestemmingen, maar op sommige plaatsen in Nederland, zoals ook in de Achterhoek, kan dat niet meer.
Oplossing voor leegstand en krimp
Vanuit verschillende zijden ontstaan er initiatieven om dit probleem aan te pakken.
De Winterswijkse buurtschappen proberen mensen te vinden die als collectief een vrijkomende boerderij willen kopen of huren. Zo moet leegstand tegengegaan worden. Overigens kan dit principe ook worden toegepast op kerken, bedrijven, winkels en scholen

Gezamenlijk boerderij bewonen en opknappen
De gedachte is dat een groep kopers zich verenigt in een coöperatie en dat de coöperatie een vrijkomende boerderij koopt. De boerderij met stallen wordt verbouwd, zodat er meerdere woningen of appartementen ontstaan met ieder een eigen adres.
Vervolgens betalen de bewoners (die tevens eigenaar van de coöperatie zijn) huur, waarmee de hypotheek langzaam aan afbetaald wordt.
Vooralsnog gaat het om een pilot om uit te zoeken of mensen belangstelling hebben om gezamenlijk een boerderij te kopen. Ook moet duidelijk worden of er boeren zijn die hun boerderij willen verkopen.
De werkgroep Wonen van de Belangengroepen Buitengebied Winterswijk voert de pilot uit.
Dit idee kan een aanzet voor anderen zijn om in vergelijkbare situaties in Nederland de leegstand en krimp aan te pakken.





donderdag 25 september 2014

Cottagetuinen in Zuidwest Engeland

Begin augustus 2014 heb ik een studiereis gemaakt naar mythische plekken in zuidwest Engeland. Tijdens deze tocht heb ik eveneens verschillende tuinen bezocht.
Twee bijzondere tuinen zijn me opgevallen. Het gaat hierbij om Castle Drogo  in Devon en Hestercomb Gardens in Somerset. In beide gevallen is Sir Edwin Luytens als architect bij de plannen betrokken geweest.
In de situatie van Hestercomb Gardens heeft Lutyens samengewerkt met Gertrude Jekyll. In de situatie van Castle 
Drogo is duidelijk dat zij niet bij dit tuinontwerp betrokken is geweest. Aan de opzet van de tuin is wel duidelijk haar invloed te herkennen.



Sir Edwin Lutyens & Gertrude Jekyll
Sir Edwin Lutyens (1869-1944) was een gerenommeerd Engels architect. Zijn werk omvat particuliere huizen, overheidsgebouwen, kantoorgebouwen, nieuwe steden en musea. Geselecteerd door de War Graves Commission, ontwierp hij ook  gedenktekens, grafstenen en begraafplaatsen, waarvan er velen na de Eerste Wereldoorlog (1914-1918) zijn gerealiseerd. Hij was bedreven in het interieur en exterieur, bij grote en kleine opdrachten. Zijn carrière was in eerste instantie gericht op zijn praktijk in Engeland, maar later, speelde hij een  rol bij het ontwerp ​​van gebouwen over de hele wereld. 

Een toevallige ontmoeting met Gertrude Jekyll in 1889 resulteerde in een nauwe samenwerking tussen hen gedurende vele jaren. Ze had een sterke invloed op zijn vroege werk, in de volkstaal "Surrey Stijl" genoemd. Ook stelde zij  hem voor aan de meeste van zijn vroege klanten. Ze hielp hem om tuinarchitectuur in zijn projecten te gebruiken, om de architectuur van de bebouwing te ondersteunen. Tot zijn vroegste werk behoort Munstead Wood, de woning van Gertrude Jekyll in Surrey. 


Gertrude Jekyll (1843-1932), heeft meer dan 400 tuinen ontworpen in het Verenigd Koninkrijk, Europa en Amerika en haar invloed op de tuinarchitectuur is tot op heden merkbaar. Zij bracht het grootste deel van haar leven in Surrey, Engeland, door. De laatste jaren van haar leven op Munstead Wood in Godalming. 
Een van deze tuin is natuurlijk Hestercombe Garden's Formal Garden, misschien wel het mooiste voorbeeld van haar samenwerking met Sir Edwin Lutyens. 

Haar eigen boeken over tuinieren worden veel gelezen.  Ze droeg meer dan 1.000 artikelen bij aan Country Life, The Garden en andere tijdschriften. Gertrude Jekyll was een getalenteerd schilder, fotograaf, ontwerper en vakvrouw en werd sterk beïnvloed door de Arts & Crafts principes. 

Castle Drogo Gardens, Drewsteignton
Castle Drogo is een landhuis nabij Drewsteignton in Devon. Het is gebouwd in de periode tussen 1911 en 1930 voor de zakenman Julius Drewe naar een ontwerp van Sir Edward Lutyens. Castle Drogo is het laatste kasteel dat is gebouwd in Engeland en waarschijnlijk het laatste woonhuis dat volledig in graniet is opgetrokken. Tijdens mijn bezoek aan de tuin werd het huis grondig gerestaureerd.

Het kasteel heeft een prachtige formele tuin die ook door Lutyens werd ontworpen. De beplantingen zijn uitgewerkt door George Dillistone. Deze beplanting vormt een duidelijk contrast met het omliggende landschap van Dartmoor.
De tuin bestaat uit diverse tuinkamers op verschillende niveaus. De kamers hebben verschillende thema's zoals een vaste plantentuin, een rozentuin, een rododendrontuin en een opvallende cirkelvormige ruimte omsloten door hoge hagen met als thema croquetlawn.

Hestercomb Gardens, Taunton
Hestercombe Gardens, gelegen in  Somerset nabij Taunton, is een unieke combinatie van drie eeuwen tuinkunst: een Georgische landschapstuin, het Victoriaanse terras en het prachtige Edwardiaanse tuinontwerp door Sir Edwin Lutyens en Gertrude Jekyll.

Hestercombe Gardens vormen het hoogtepunt van de samenwerking tussen beiden. Het is de eerste toepassing waarbij de  vakkundigheid van Gertrude Jekyll werd gebruikt om een klassiek tuinontwerp op grote schaal te maken. Het hele concept van Hestercombe Gardens, waarbij op een briljante wijze wordt omgegaan met verschillende hoogteverschillen is een voorbeeld van hoe gebouw en tuinen op elkaar zijn afgestemd. In de verschillende tuindelen zijn enorme borders met vaste planten aangelegd. 


Cottagetuinen
Beide tuinen zijn grote projecten die behoren bij landhuizen. Het gebruik van de vaste planten en de indeling van de tuin in verschillende kamers, die verbonden zijn door paden langs zichtassen, doet denken aan cottage tuinen.

De toegepaste borders in deze landhuistuinen hebben veel gelijkenis met de bloemborders van cottagetuinen.
Tijdens mijn studiereis heb ik ook verschillende cottagetuinen bezocht. Deze tuinen zijn bescheiden van opzet maar met een duidelijke structuur. De aandacht gaat uit naar het kweken van bloemen, groenten en fruit. Dat er de nodige energie wordt ingestopt is duidelijk te zien.





www.plancompagnons.nl 

woensdag 17 september 2014

Boerderijen in de Franche-Comté, Oost-Frankrijk

In het vorige bericht heb ik geschreven over mijn pelgrimstocht naar Jeruzalem. Door wandelend door het landschap te gaan krijg je een goed beeld van de veranderingen van het ene landschap ten opzichte van het andere. Enerzijds ontstaat dit door de de natuurlijke omstandigheden. Hierbij kun je denken aan of het gebied heuvelachtig is, loopt er een rivier door het gebied, is de ondergrond moerasachtig en meer van dit soort omstandigheden. Anderzijds is het gebruik van het landschap door de mens bepalend voor het uiterlijk van het landschap. Uiteraard spelen beide aspecten op elkaar in.

Franche-Comté 
Mijn route verliep deze zomer van de Champagnestreek via het Plateau van Langres naar de Franche-Comté in het oosten van Frankrijk, tegen de Zwitserse grens aan. De overgang was er onder andere een van de landbouwgebieden met wijnstreken naar de gebieden waar veeteelt en bosbouw belangrijker worden. Daar waar in de Champagnestreek de invloed van de mens zeer duidelijk aanwezig is door strakke verkavelingen, weinig bos of natuurgebied en veel akkers, is in de Franche-Comté de invloed van het vee meer dominant. Dit laatste landschap wordt beheerst door groene weiden afgewisseld met bossen en begroeide beek- en rivierdalen. De kavels verlopen ook grilliger als deze in de Champagestreek. Het landschap oogt hierdoor 'natuurlijker'.

Verspreide boerderijen
In de Champagnestreek viel op dat de boerderijen geclusterd in de dorpen en gehuchten waren gesitueerd. Omdat de veeboeren dichter bij hun vee moeten zijn dan een landbouwer bij zijn akkers, zijn de boerderijen in veeteeltgebieden meer verspreid door het landschap aanwezig. Vaak zijn het woonhuizen met grote schuren waar de veestapel 's winters binnen gehouden kan worden.
Toch zie je in de gehuchten en dorpjes ook boerderijen staan. Deze zijn echter los van elkaar geplaats omdat direct rondom de boerderij ruimte beschikbaar moet zijn voor het vee. Uiteindelijk is alles gericht om op een zo functioneel mogelijk manier om te gaan met de manier waarop de kost verdient moet worden.
Omdat de boerderijen wat ruimere erven hebben komen de gebruikelijke elementen van een boerenerf hier aan de orde. Het gaat hierbij om het erf, de moestuin, de bloementuin, de boomgaard en een plek om buiten te kunnen eten.

Koeienbellen
Niet alleen het zicht op het landschap is anders in deze twee verschillende landschappen, ook de geluiden van het platteland zijn anders per streek. Als wandelaar ga je geleidelijk van het ene landschap naar het andere. Vanuit het akkerbouwgebied kom je geleidelijk aan enkele weiden tegen waar koeien met bellen lopen. Bij iedere beweging hoor je het vrolijke geluid van de koeienbellen. Hoe verder je het gebied binnen gaat hoe meer weiden met koeien en dus ook meer bel gerinkel je tegen komt. Op een gegeven moment is het geluid zeer vertrouwd en kijk je er niet meer van op.


www.plancompagnons.nl




dinsdag 29 juli 2014

Boerderijen in de Champagnestreek van Frankrijk

Sinds 2012 ben ik bezig met een wandeltocht vanuit Breda naar Jeruzalem. Jaarlijks loop ik  een stuk van deze pelgrimstocht. In de zomer van 2014 ben ik van Reims naar Pontarlier gewandeld en heb onder andere de Champagnestreek doorkruist. Hier zijn me een aantal zaken opgevallen bij de boerderijen en de boerenerven die erbij horen.

Dorpsboerderijen
In de Champagnestreek worden wijngebieden afgewisseld met akkers. Alles gebeurt op een grootschalig manier. Opvallend is dat er nagenoeg geen boerderijen solitair in het landschap staan. De boerderijen zijn geclusterd in dorpjes en gehuchten. Boerenschuren en hun grote poorten sluiten vaak direct op de straat aan. De woning ligt iets terug of staat loodrecht op de straat. Het erf sluit zowel aan op de schuren en bedrijfsgebouwen enerzijds en de woning anderzijds. Deze erven worden meestal afgeschermd door middel van een hekwerk met een statige poort.

Afhankelijk van de rijkdom van het gebied is de woning eenvoudig of luxer uitgebouwd. In sommige gevallen is de woning een "petit chateau".

Erven van de Champagne
Opvallend is dat haast alle erven bestaan uit half verharding (grind of split). De indeling is vrij eenvoudig en gericht op de functie van het boerenbedrijf. Nabij de woning wordt met behulp van potten of bakken de boel opgefleurd. In de plantenbakken worden kleurige vaste planten of eenjarigen gebruikt. Bomen die rondom de boerderij voorkomen bestaan voornamelijk uit fruitbomen (appels, peren, pruimen, kersen en noten) en lindes.
Vaak ligt aan de andere zijde van de boerderij een moestuin waar groenten, kruiden en kleinfruit worden gekweekt voor eigen gebruik. Zoals bekent houden de Fransen van lekker eten.

Grootschalige ontwikkelingen
Omdat ook in Frankrijk de schaal van de landbouw vergroot ontstaan er nieuwe ontwikkelingen. Op kruisingen van landbouwwegen ontstaan haast industriële complexen. Deze schuren worden gebouwd zonder woningen. De boeren blijven in de dorpen en gehuchten bij elkaar wonen.



vrijdag 23 mei 2014

Hoe zuinig is Twente op zijn historische boerderijen en erven?



Veel boerderijen op het Twentse platteland vertonen achterstallig onderhoud. In een verontrustend aantal gevallen staan de niet bewoonde onderdelen van de oude boerderij en de bijgebouwen leeg en onbenut. Soms dreigt zelfs sloop. Dat klinkt allemaal nogal somber maar dat is toch niet het hele verhaal: er is meer mogelijk dan men denkt…
Op vrijdag 16 mei 2014 praatten ruim 80 eigenaren, gemeenteambtenaren en erfgoedspecialisten over de leegstandsproblematiek en over de kansen van herbestemming van de voormalig agrarische gebouwen. Op uitnodiging van de recent opgerichte boerderijenstichting Twentse Erven en van de Koninklijke Nederlandse Heidemaatschappij (KNHM) afdeling Overijssel, waren de mensen bijeen in ’t Hoogspel in Ambt Delden.
De inspiratie voor de levendige discussies over de bedreigingen van het Twents agrarisch erfgoed en over de kansen om er nog wat van te redden, werd geboden door de resultaten van het onderzoek dat is verricht in de omgeving van Markelo (gemeente Hof van Twente). Dat onderzoek – een initiatief van Maarkels Landschap en uitgevoerd door Bureau Fenicks – laat verontrustende cijfers zien. Onderzoeker Jan-Hylke de Jong toonde aan dat de situatie zorgelijker is dan het op het eerste gezicht lijkt. Zeker 26% van de boerderijen, ongeacht of er nog geboerd wordt of niet, is bouwkundig matig tot slecht en dus niet bij de tijd. Niet minder dan 7% kan als bouwvallig, zelfs als rijp voor afbraak worden beschouwd. Voor schuren en andere bijgebouwen ligt dat percentage nog wat hoger: op 14%.
Het onderzoek van Bureau Fenicks geeft tevens aan welke kansen er zijn voor succesvolle herbestemming. Daarbij is aan de hand van een aantal meetbare criteria onderzocht in welke richting die herbestemming zou moeten gaan: dubbele bewoning, woning met kantoor, Bed&Breakfast, een camping en wellicht zorgvoorzieningen. Allemaal toepassingen die op de betreffende plek in principe economisch haalbaar zouden moeten zijn.
De door de naar ’t Hoogspel gekomen boerderijliefhebbers gevoerde discussies, haakten in op de uitkomsten van het onderzoek. Wat opviel was dat herbestemming als een bijna vanzelfsprekende oplossing wordt beschouwd. Maar ook dat de boerderijeigenaar daarbij vooral kijkt naar de gemeente. Men wil zelf wel aanpakken maar verwacht in ruil voor de beoogde verbetering, een coulante en meedenkende houding van de kant van de overheid.
Twentse Erven wil in het proces van herbestemming een bemiddelende rol spelen . De jonge stichting hoopt de deskundigheid van alle betrokken partijen te kunnen mobiliseren. Aan enthousiasme om daar aan mee te werken ontbreekt het niet. Dat gaven de boerderijliefhebbers die deelnamen aan dit symposium unaniem aan. Dat gold ook voor de aanwezige en nieuwbenoemde wethouders en hun ambtenaren.
Dit bericht is integraal overgenomen van www.erfgoedstem.nl


maandag 14 april 2014

Intieme cottagetuin in landelijk villapark


Voor een gezin dat in een villa in cottagestijl woont is een tuinontwerp gemaakt. De woning staat in een landelijk gelegen villapark op een perceel van circa 3.300 m².
De reden van de aanpassingen aan de tuin zijn een verdubbeling van de tuin en de nieuwbouw van een vrijstaande garage/kantoor. Door deze aanpassingen is besloten de gehele tuin opnieuw te ontwerpen en te herinrichten.

Proces tuinontwerp
In een eerste gesprek zijn de  wensen en eisen van de bewoners aanbod gekomen. Hiervan is een programma van eisen gemaakt dat door hen is goedgekeurd. Vervolgens is de tuin opgemeten waarbij met name de waardevolle beplantingen en de bestratingen nauwkeurig in kaart zijn gebracht. Op basis van het programma van eisen en wensen is een voorlopig ontwerp uitgewerkt.

De cottagestijl van zowel de woning als het nieuwe bijgebouw vormen de basis van de nieuwe tuin. Het plan is met de tuineigenaren besproken en verwerkt in een definitief ontwerp. Met behulp van de uitvoeringstekeningen en een werkomschrijving is een aanbesteding georganiseerd. Hierbij zijn drie vakkundige bedrijven gevraagd prijs te geven voor de uitvoering van deze tuin. De hovenier met de meest aantrekkelijke aanbieding wordt het werk gegund. Hierbij is zowel naar de prijs als naar de wijze van aanpak van de uitvoering gekeken.

Tijdens de realisatie is toezicht gehouden of het werk in goede orde is uitgevoerd.
Tuin in cottagestijl
Een tuin in cottagestijl wordt gekenmerkt door verschillende tuinkamers die door middel van lage en hoge hagen van elkaar gescheiden zijn. Ieder tuinkamer heeft een eigen functie en daardoor een eigenzinnig karakter. De paden bestaan uit verschillende materialen zoals grind, gebakken klinkers en natuursteentegels. De beplanting bestaat uit strakke hagen, bloemborders, verschillende tuinkamers met een thema. Thema’s kunnen gebaseerd zijn op de functie zoals (gebruikstuin,rusttuin e.d.), type planten (rozen-, moes- of kruidentuin e.d.) of karakter (watertuin, grindtuin, witte tuin e.d.). Het geheel straalt een landelijke sfeer uit.
Ontwerp van de cottagetuin
De voortuin bestaat grotendeels uit grind met bomen waaronder geparkeerd kan worden. Nabij de woning is een plein gemaakt om de toegang tot het woonhuis te accentueren. Een “loper” van gebakken klinkers geeft de richting aan vanaf de toegangspoort naar de voordeur. Rondom deze entree zijn rododendrons aangeplant.

Een strakke vijver grenzend aan de terrassen van de veranda en de keuken kan tevens gebruikt worden als zwemvijver. Gekozen is voor een zwemvijver in plaats van een strak zwembad. De zwemvijver sluit beter aan bij de landelijke sfeer van de cottagetuin. Daarnaast ligt de zwemvijver prominent in het zicht van twee belangrijke terrassen. Een zwemvijver wordt op een biologische wijze gezuiverd. Waterplanten maken onderdeel uit van de vijver waardoor deze natuurlijker overkomt.
De verschillende tuinkamers zijn in gebruik als:
- bloementuin met twee langgerekte borders en een centrale waterfontein;
- schaduwtuin met varens, hosta’s, hortensia’s en andere schaduwplanten;
- een pleintje bij de voordeur, bestraat met natuursteenkeien;
- een speeltuin met trapveld en boomhut; Een en ander aangrenzend aan de zwemvijver.
Verspreid door de tuin zijn kunstwerken geplaatst die door de bewoners zelf zijn uitgekozen.

 


 www.plancompagnons.nl

maandag 7 april 2014

De aantrekkingskracht van een moestuin


Een moestuin is vaak een onderdeel van een boerderijtuin. Buitenlui zijn mensen die bewust kiezen om in een groene omgeving te wonen en verantwoord te leven. Gezond eten maakt hier onderdeel vanuit. Het kweken van eigen groenten zonder gebruik te maken van chemische middelen hoort bij de eigen moestuin.
Een moestuin; veel werk?
Beginnende moestuinders vergissen zich in de hoeveelheid werk die een moestuin vraagt. Het bewerken en verbeteren van de grond, het zaaien, verspenen en planten van het plantgoed, het verwijderen van onkruiden, het opbouwen van een composthoop en het oogsten; alles is handwerk. Na verloop van tijd, wanneer de passie voor het tuinieren in de moestuin is ontwaakt, ontstaat een andere ervaring. Omdat je met plezier in de moestuin bent, wordt het werk tussendoor gedaan. Tijdens het ‘crop-watching’ wordt nog gauw wat weggewerkt, opgebonden, aangeharkt, weggeplukt, omgespit of geoogst. De moestuin neemt voor het gevoel echt niet zoveel tijd in beslag. Mensen die het wel als tijdrovend beschouwen, zijn minder enthousiast en geven de moestuin op. Bij hen blijft het idee bestaan dat een moestuin veel tijd vergt. Uiteindelijk is het een idee dat je voor jezelf oproept of het veel werk is of dat het wel mee valt.
Een moestuin op de juiste plek
Voor de opbrengst kies je voor de moestuin een plaats met vruchtbare grond, op een zonnige plek die niet te winderig is. Omdat je er regelmatig bent, ligt de moestuin niet te ver van de woning.
Een goed aangeplante en bijgehouden moestuin is een lust voor het oog in het groeiseizoen. Ondanks de functionele opzet van een moestuin heeft het altijd iets rommeligs; de composthoop, planten die aan het eind van hun groei zijn, net geoogste vakken, onkruiden na een warme natte periode wanneer je net weinig tijd hebt gehad. Daarnaast zijn de meeste moestuinen in de winter kaal en triest. Vandaar dat de moestuin beter niet in het zicht vanuit terrassen of de woning wordt aangelegd.
Voorbeeld van een aantrekkelijke moestuin
Hierboven is een beeld geschetst van de traditionele moestuin. Dat het anders kan bewijst de moestuin bij restaurant Villa Augustus te Dordrecht. Door de moestuin een duidelijke structuur te geven die symmetrisch lijkt, maar wanneer je er doorheen gaat vele verrassingen heeft, ontstaat een aantrekkelijk beeld. In de winter geven groenblijvende hagen, leifruitbomen, staketsels voor het opbinden van bonen, bramen en frambozen, pergola’s voor druiven, een waterpunt en verschillende kassen, het geheel een levendige sfeer. Met (oude) bestratingmaterialen is het mogelijk enkele hoofdpaden een belangrijker karakter te geven tegenover de zandpaden tussen de verschillende gewassen in. Met deze middelen kan iedere situatie een eigen aantrekkelijk karakter krijgen. Met de juiste aandacht en instelling is een moestuin een prima plek voor ‘het nut ende vermaeck’ in de landelijke tuin.






donderdag 27 maart 2014

Robuuste tuin bij monumentale boerderij

 
De familie Schell heeft me benaderd voor het maken van een ontwerp voor de tuin, erf en directe omgeving van hun monumentale boerderij Westerhoeve te Barendrecht.
De Westerhoeve is een boerderij van het Vlaamse middenlangsdeeltype en stamt uit begin 19de eeuw. Het woonhuis heeft een puntgevel en zadeldak. De dubbele voordeur is geplaatst in een pilasteromlijsting. De boerderij ligt langs de historische Voordijk op een eiland. Buiten de omringende waterpartijen is een nieuwbouwwijk gebouwd en een ontsluitingsweg voor de wijk aangelegd. Deze wijk is genoemd naar de monumentale boerderij Westerhoeve.

De opdrachtgever heeft allerlei ideeën voor zijn tuin en erf maar kan er geen passend plan voor smeden. In een startoverleg zijn de ideeën van de heer en mevrouw Schell aangehoord en is gezamenlijk het terrein bekeken. Als ontwerper heb ik geproefd aan de sfeer van de Westerhoeve. Na de eerste kennismaking is een programma van eisen opgesteld. Dit programma vormt de basis voor het verdere ontwerp.





Ontwerp boerderijtuin
Uitgaande van de eisen en wensen van de opdrachtgever is een opdeling van het terrein voorgesteld: erf, siertuin met terras, bleek, moestuin, boomgaard en weilanden met paardenbak.
Het erf blijft grotendeels zoals het nu is, met split afgestrooid asfalt. Een praktische oplossing passend in de sfeer van de boerderij. Het erf biedt voldoende parkeerruimte voor de auto’s van de bewoners en hun bezoek. Omdat er in de verschillende schuren nijverheid plaatsvindt, ontstaat op het erf een passende levendigheid.
De siertuin met het terras sluiten aan op het woongedeelte van de boerderij en zijn formeel ingericht. Het oorspronkelijke houten prieel is in de vormgeving opgenomen. Grind, gebakken klinkers, formele rozenvakken en leibomen. De oorspronkelijke waterput is in het terras opgenomen.
Aansluitend op de siertuin liggen een grasveld (bleek) en een moestuin met kippenren. De moestuin is met een houten hek afgeschermd van de vrijlopende kippen.
Achter de boerderij is een groot deel van het oorspronkelijke erf opgeofferd voor een boomgaard met hoogstam fruitbomen. Deze boomgaard verbindt de verschillende, op het terrein aanwezige, schuren met elkaar.
Om tot een juiste verhouding op het terrein te komen en verbindingen tussen verschillende delen van het terrein te realiseren is de paardenbak verkleind. De bestaande weilanden zijn bewaard gebleven. Op diverse plekken zijn bomen aangeplant.

Privacy en sfeer
Om de privacy en de sfeer van het terrein te vergroten is aan twee zijden van het terrein een beplantingssingel voorgesteld. Deze rand is circa vijf meter breed en bestaat uit soorten als Els, Es, Wilg en Berk. Er ontstaat een passende afscheiding tussen boerderij met erf en tuinen en de omliggende woonwijk. Daarnaast biedt de beplanting hout voor de openhaard of kampvuur. Eens in de vijf à zeven jaar kan een deel van de beplanting worden gekapt waarna deze weer uitgroeit. In de inheemse beplantingssingel ontwikkelt zich een rijke kruidenvegetatie die past bij dit gebied. De groene rand biedt een habitat voor verschillende inheemse vogels.



www.plancompagnons.nl